In de rekenles leren
we wegen met verschillende voorwerpen. Zo kunnen we correct meten als we kleinere
voorwerpen toevoegen. Omdat we telkens verschillende weegresultaten behaalden
en omdat dit verwarrend is, lijkt het ons toch beter om altijd te wegen met dezelfde
maateenheid, namelijk kilogram en gram. Zo heeft iedereen het zelfde resultaat
en kunnen we makkelijker weten of de meting correct is.
De begrippen
‘licht’ en ‘zwaar’ zijn relatieve begrippen. Ze hebben ook niet altijd te maken
met de grootte. Een grote kartonnen doos kan bijvoorbeeld veel lichter zijn dan
een klein doosje gevuld met gewichtjes…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten